Een stad met een lange geschiedenis
Met ongeveer 180.000 inwoners is Heraklion nu de grootste stad op het eiland, administratieve hoofdstad en zetel van de Metropolitan (aartsbisschop). Begunstigd door zijn centrale ligging aan de noordkust en vooral door de uitbreiding van de haven, is Heraklion het economische centrum en de belangrijkste exporthaven van het eiland. Tegelijkertijd is het de hub voor toerisme.
Het stadsbeeld van Heraklion wordt tegenwoordig gekenmerkt door een levendige bouwactiviteit, die steeds meer kleine steegjes en oude wijken verdringt. Toch is het historische belang van de stad overal voelbaar, niet in de laatste plaats vanwege de machtige vestingmuren, die ooit de grootste vestingwerken van de Venetianen waren.
In de Minoïsche periode lag de kleine haven van Knossos, die de belangrijkste haven van Amnissos aanvulde, in wat nu het stedelijk gebied is. Toen de eerste Grieken zich hier vestigden, noemden ze de nederzetting Heraklium of Heraklia naar hun held Herakles. De zevende akte van Heracles, het temmen van de Kretenzische stier en de overdracht ervan naar Mycene, weerspiegelt de vervanging van de Minoïsche door de Myceense cultuur.
Heraklion verwierf slechts een zeker belang onder de Saracenen. Na de herovering van Kreta door de Byzantijnse keizer Phokas in 961, werd de stad herbouwd als Chandaz en beveiligd met een muurgordel.
In 1210 namen de Venetianen Kreta over, herdoopten de nederzetting Candia en maakten er de hoofdstad van. Er werden enorme wallen gebouwd die de Turkse bezetting (21-1648) 1669 jaar lang konden weerstaan. Na constante gevechten viel de stad uiteindelijk in handen van de Ottomanen. Een 200-jarige periode van slavernij begon voor de Kretenzers. Ze noemden de stad nu Megalo Kastro totdat het zijn oude naam weer kreeg, Iraklion, nadat de Turken zich in 1897 hadden teruggetrokken.